ALTENA - Reizigers die gebruik maken van de veerdiensten van en naar de gemeente Altena en omliggende gemeenten zijn hier zeer tevreden over. Zij geven de veerdiensten een gemiddelde score van 8,2.
De veren worden vaak gebruikt als vervoersmiddel naar het werk of school of voor recreatief gebruik. Dit blijkt uit een onderzoek dat deze zomer is gehouden. Het onderzoek naar de veerdiensten is uitgevoerd in opdracht van de gemeente Altena in samenwerking met de gemeenten Gorinchem, Dordrecht, Hardinxveld-Giessendam, Zaltbommel, Heusden en Waalwijk. Gebruikers en niet-gebruikers van de veren zijn gevraagd naar hun beleving en waardering van de veren en de achterliggende motivatie om hier wel of niet gebruik van te maken. Ook is gevraagd naar verbeterpunten die de kwaliteit van de veerdiensten verhogen.
Ruim 2.500 mensen deden mee aan het onderzoek, waaronder 255 niet-gebruikers. Naast de hoge tevredenheid komt uit het onderzoek dat het merendeel de veren gebruikt voor woon-werkreizen en reizen van en naar school, gevolgd door gebruik voor recreatie. De meeste gebruikers komen met de auto of de fiets. Het openbaar vervoer wordt nauwelijks gebruikt als voortransport. Niet-gebruikers maken hoofdzakelijk geen gebruik van de veren omdat de veren niet op hun reisverbinding liggen of omdat er snellere of in sommige gevallen goedkopere alternatieven zijn op hun route. Als verbeterpunten geven respondenten aan om de veren op meer momenten te laten varen, door het verruimen van de vaartijden en het verhogen van de frequentie. Daarnaast kan de informatievoorziening rondom (wijzingen van) vaarttijden of bij storingen of uitval beter.
Wethouder Hans Tanis is blij met de uitkomsten van het onderzoek en de hoge tevredenheid: “Het onderzoek bevestigt opnieuw dat de veerverbindingen een belangrijke schakel zijn in het mobiliteitsnetwerk voor onze inwoners en die van buurgemeenten. Het is goed te kunnen concluderen dat er een hoge tevredenheid is onder gebruikers. Algemene verbeterpunten en een aantal concrete suggesties voor sommige specifieke verbindingen nemen we mee in samenspraak met de exploitanten.”