WERKENDAM - De laatste jonge Kerkuilen in de Noordwaard zijn geringd door vrijwilligers van de Natuur- en Vogelwacht Biesbosch. Aan de hand van de ringen zijn de uilen te volgen.
Dankzij het ringen kan onder andere onderzocht worden hoe Kerkuilen zich verspreiden en wat hun broedsucces en levensverwachting zijn. In combinatie met braakbalonderzoek kan ook iets gezegd worden over de voedselsituatie voor Kerkuilen in de Noordwaard.
Aanvankelijk waren er vier jongen in deze nestkast, maar één heeft het uiteindelijk niet gehaald. De Kerkuilen (en ook Bosuilen) in de Noordwaard zijn meestal later met broeden dan soortgenoten elders. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de voedselsituatie (door hoogwater in winter en voorjaar). Steenuilen hebben daar minder last van omdat die ook een flink aandeel insecten en regenwormen eten.